roodstreephooibeestje

Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • rood·streep·hooi·beest·je
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord
verkleinwoord roodstreephooibeestje roodstreephooibeestjes

Zelfstandig naamwoord

het roodstreephooibeestjeo dim. tant.

  1. (vlinders) Coenonympha glycerion   een vlinder uit de onderfamilie Satyrinae  , de zandoogjes en erebia's, van de familie Nymphalidae  . De bovenzijde van de vleugel is geheel oranjebruin en de onderzijde lichtbruin met enkele witte vlekken en ogen. De vleugellengte is ongeveer 17 mm
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie