• ri·si·co·hy·po·theek
enkelvoud meervoud
naamwoord risicohypotheek risicohypotheken
verkleinwoord

de risicohypotheekv

  1. (financieel) lening waarbij men onvoldoende heeft gecontroleerd of de hypotheeknemer de lasten kan dragen
  2. (financieel) hypothecaire lening waarbij de hypotheeknemer alleen de rente betaalt zonder af te lossen
     Huizenkoper neemt risicohypotheek mee, Eigen Huis bezorgd[1]
  1.   Weblink bron
    David Bremmer
    “Huizenkoper neemt risicohypotheek mee, Eigen Huis bezorgd” (26-11-2018), Tubantia