repartitiestelsel

  • re·par·ti·tie·stel·sel
enkelvoud meervoud
naamwoord repartitiestelsel repartitiestelsels
verkleinwoord - -

het repartitiestelselo

  1. financiering van sociale verzekering waarbij de kosten van de uitkeringen in een bepaalde periode worden verdeeld over de premiebetalers in die periode
    In tegenstelling tot een stelsel waarin gespaard wordt voor toekomstige uitkeringen.
     In de pensioensector, gefinancierd op basis van het omslag- of repartitiestelsel, stellen we een soortgelijke ongelijkheid vast: van de pensioengelden zullen de hogere bevolkingscategorieën automatisch meer profiteren, omdat zij gemiddeld langer leven.[2]
     Waar nog repartitiestelsels bestaan, moeten ze afgebouwd worden.[3]
  2. vorm van belastingheffing waarbij een bepaalde totaalopbrengst wordt vastgesteld, met een bepaalde verdeling over de belastingplichtigen
     Onderhorigen hebben daarom een caleidoscoop van identiteiten. Een lokale identiteit, bepaald door de directe omgeving en de mate van zelfbestuur. Een juridische, gevormd rond het ressort van gewoonterecht en het verloop van de rechtsgang. Bijwijlen een fiscale, omschreven door het repartitiestelsel of exempties.[4]
  3. (geschiedenis) (militair) politiek waarbij per provincie een hoeveelheid troepen werd afgesproken dat die provincie zou betalen en ter beschikking stellen aan het leger van de Republiek der Verenigde Nederlanden
     Het repartitiestelsel van het leger werd bekrachtigd, de afzonderlijke gewesten kregen meer invloed op de benoeming van de officieren van hun deel van het leger, en de legerleiding werd afhankelijker van de gewestelijke Staten.[5]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron
    Herman Deleeck
    Dood en verdeling : Over sociale ongelijkheid in ziekte, zorg en dood in: Streven., jrg. 70 nr. 1 (januari 2003), Streven, Antwerpen, p. 25
  3.   Weblink bron “Vraag geen opslag meer maar pensioen of aandelen” (1 juli 2000)
  4.   Weblink bron
    Luc Duerloo
    Verbeelde gewesten : Zelfbeeld en zelfrepresentatie in de Zuidelijke Nederlanden in: De zeventiende eeuw., jrg. 16 nr. (2000), Uitgeverij Verloren, Hilversum, p. 3
  5.   Weblink bron
    Willem Frijhoff & Marijke Spies
    “1650. Bevochten eendracht.”, 2e druk (2000), Sdu Uitgevers, Den Haag, ISBN 9012087213, p. 83