profijtig
- pro·fij·tig
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | profijtig | profijtiger | profijtigst |
verbogen | profijtige | profijtigere | profijtigste |
partitief | profijtigs | profijtigers | - |
profijtig
- van iets dat het heel goedkoop is
- Het woord profijtig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "profijtig" herkend door:
49 % | van de Nederlanders; |
89 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be