productieapparaat
- pro·duc·tie·ap·pa·raat
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | productieapparaat | productieapparaten |
verkleinwoord |
het productieapparaat o
- organisatie die zorgt dat iets gemaakt kan worden
- ▸ Er stonden duizenden figuranten te wachten, de kostuums waren klaar en het productieapparaat was in volle gang toen MGM opeens de geldkraan dichtdraaide waardoor Kubrick de film, die volgens hem de beste aller tijden zou worden, niet kon maken.[2]
- ▸ De Twentsche Kabelfabriek (TKF) trekt zich terug op de hoofdvestiging in Haaksbergen. De fabriek in Lochem gaat dicht. Hierbij gaan in totaal vijftig arbeidsplaatsen verloren. Gedwongen ontslagen worden niet uitgesloten. De samenvoeging van de twee vestigingen moet volgens algemeen directeur R.van Beurden leiden tot een efficiënter productieapparaat en daarmee een beter toekomstperspectief voor TKF.[3]
- toestel dat men gebruikt bij het maken van goederen
1. organisatie die zorgt dat iets gemaakt kan worden
- Het woord productieapparaat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Johan Harstad (vert. Edith Koenders en Paula Stevens)“Max, Mischa & het Tet-offensief” (2017), Podium , ISBN 9789057598500
- ↑ Weblink bron “Twentsche Kabelfabriek weg uit Lochem” (05-10-2009), Tubantia