preses
- de spelling praeses is sinds 1995 verouderd
- pre·ses
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘voorzitter’ voor het eerst aangetroffen in 1591 [1]
- uit het Latijn [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | preses | presides presessen |
verkleinwoord |
- voorzitter van een vereniging (vaak van een studentenvereniging of bij kerkelijke vergaderingen)
- De preses opende de vergadering met een ferme tik van de voorzittershamer en heette iedereen van harte welkom.
- “De Koninklijke Belgische Voetbalbond gaat voluit voor Euro 2020 en het Eurostadion. We zijn erg verheugd vast te stellen dat België nog steeds het plan A blijft voor UEFA, maar het is nu vijf voor twaalf”, zegt KBVB-preses Gérard Linard in een reactie. “De Koninklijke Belgische Voetbalbond en UEFA vragen bijgevolg aan de verschillende betrokken partijen om hun verantwoordelijkheden op te nemen in het belang van het Belgisch voetbal, onze supporters en het imago van ons land en onze hoofdstad.” [4]
- Nieuwe preses Het Ravijn in Nijverdal: Aico Kampman is sinds deze week de nieuwe voorzitter van zwem- en poloclub Het Ravijn. Hij volgt Alex Volkers in deze functie op. [5]
- Het woord preses staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "preses" herkend door:
57 % | van de Nederlanders; |
55 % | van de Vlamingen.[6] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "preses" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ preses op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ de Standaard 20/september/2017
- ↑ Tubantia 04-oktober-2017
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be