populistisch
- Geluid: populistisch (hulp, bestand)
- IPA: / ˌpopyˈlɪstis / (4 lettergrepen)
- po·pu·lis·tisch
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | populistisch | populistischer | |
verbogen | populistische | populistischere | |
partitief | populistisch | populistischers | - |
populistisch
- (politiek) met, vanuit of passend bij de opvatting dat een maatschappelijke elite het belang van het volk verwaarloost en een krachtige leider de eensgezindheid moet herstellen
- ▸ Maar Christa vond tegelijkertijd dat er een groot en ongekend potentieel was voor zo'n populistische partij, op dit moment zwierven er misschien een miljoen mensen in totale onzekerheid rond.[1]
- (pejoratief) versimpeld en inspelend op gevoelens om steun te krijgen
- ▸ In hun pogingen om een groter publiek te enthousiasmeren voor de Nederlandse literatuur, gaan de auteurs van zulke boeken te ‘populistisch’ te werk, zo beargumenteren zij, omdat de grote lijnen zelden de complexiteit van het vakgebied laten zien.[3]
- Het woord populistisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "populistisch" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Tussen rood en zwart” (2014), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044625691
- ↑ www.nrc.nl (3 apr 2024)
- ↑ Weblink bron Lotte Jensen & Rick Honings‘Het zomersch land onder de vuren lucht’ : Over de toekomst van de studie van de Nederlandse letterkunde in: Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde., jrg. 134 nr. 2 (2018), Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, Leiden, ISBN 9789087047399, p. 99
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be