pope
- po·pe
- van Russisch поп (pop), in de betekenis van ‘Russisch-orthodoxe priester’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1677 [1][2][3]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pope | popen popes |
verkleinwoord | - | - |
de pope m
- (religie) (beroep) een priester in de Oosters-Orthodoxe Kerk, in het bijzonder in de Russisch-Orthodoxe Kerk
- Het woord pope staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "pope" herkend door:
36 % | van de Nederlanders; |
29 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ pope op website: Etymologiebank.nl
- ↑ "pope" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
enkelvoud | meervoud |
---|---|
pope | popes |
pope