• plan·leg·ge
  • Samenstelling van de Noorse woorden plan en legge.
Naar frequentie 7326
vervoeging
onbepaalde wijs planlegge
tegenwoordige tijd planlegger
verleden tijd planla
voltooid
deelwoord
planlagt
onvoltooid
deelwoord
planleggende
lijdende vorm planlegges
gebiedende wijs planlegg
vervoegingsklasse Klasse 5 sterk
opmerking

planlegge

  1. overgankelijk bedenken, concipiëren, ontwerpen, plannen, programmeren, smeden, uitdenken, uitstippelen, verdichten, verzinnen
    «Det var en veldig godt planlagt tur som dessverre endte veldig galt.»
    Het was een zeer goed geplande reis die helaas zeer verkeerd eindigde.


  • plan·leg·ge
  • Samenstelling van de Nynorske woorden plan en legge.
vervoeging
onbepaalde wijs planlegge
planlegga
tegenwoordige tijd planlegg
verleden tijd planla
voltooid
deelwoord
planlagt
onvoltooid
deelwoord
planleggande
lijdende vorm planleggast
gebiedende wijs planlegg
vervoegingsklasse Klasse 5 sterk
opmerking

planlegge

  1. overgankelijk bedenken, concipiëren, ontwerpen, plannen, programmeren, smeden, uitdenken, uitstippelen, verdichten, verzinnen