pekelbad
- pe·kel·bad
- samenstelling van pekel zn en bad zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pekelbad | pekelbaden |
verkleinwoord |
het pekelbad o
- bassin met bijna verzadigde zoutoplossing waarin iets ondergedompeld wordt
- De volgevreten vissen kennen -voor ze in het pekelbad belanden- momenteel een vetpercentage van 21 procent, ruim voldoende om komende woensdag in het eerste vaatje nieuwe vangst te eindigen. [1]
- Het persen kan beginnen. Zes tot zeven uur en tussentijds nog een keer draaien, zodat de kaas aan beide kanten mooi rond wordt. Daarna een week in het pekelbad, om het zoutgehalte op te schroeven. Lichtgeel, bijna wit, zijn de Jumbo's voordat ze hun eerste coating - de korst - krijgen; tegen uitdrogen en schimmel. Op grote stellages liggen ze te drogen. Elke dag keert Van der Geest ze om, zodat het vocht kan ontsnappen. Maar ruim zestig kilo keer je toch niet één, twee, drie om? Nee, maar wel in één, twee, drie, vier keer. [2]
1.
- Het woord pekelbad staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "pekelbad" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ De Telegraaf MIKE MULLER 10 jun. 2017 Hollands Glorie in Noors haringdorp
- ↑ Het Parool 2 OKTOBER 2009 Lekker blokje kaas van de boer
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be