• passé com·posé (afbreking leidend tot een of twee tekens aan het begin van een regel wordt ontraden)[1]
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  passé composé     le passé composé     passés composés     les passés composés  

passé composé m

  1. (taalkunde) voltooid verleden tijd

Voltooide tijd in het Frans die uitdrukt dat de beschreven handeling of toestand geheel in het verleden ligt.

  1. [http://www.plumefrancaise.fr/fr/c%C3%A9sure/passé+composé 'passé composé' op website: plumefrancaise.fr]; geraadpleegd 2016-08-31