pannendak
- pan·nen·dak
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pannendak | pannendaken |
verkleinwoord | pannendakje | pannendakjes |
het pannendak o
- schuin dak dat met dakpannen gedekt is
- Het college vindt ook dat zonnepanelen op het oude pannendak minder erg is dan 'allerlei losse elementen in het buitengebied'. Op termijn wordt in het nieuwe bestemmingsplan buitengebied van de gemeente Berkelland mogelijk meer geregeld rond de plaatsing van zonnepanelen. [2]
- Vooral bij het hoofdgebouw is het Anton Pieck-gehalte hoog. Het heeft een kasteeltoren en een poort en vormt een verlengstuk van de historiserende bouwstijlen die ook elders in Ootmarsum zo populair zijn. Bij het bijgebouw, in feite een langgerekte boerenschuur, is de vormgeving iets eigentijdser, maar ook hier overheerst de nostalgie van eikenhout en pannendak. [3]
1.
- Het woord pannendak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "pannendak" herkend door:
92 % | van de Nederlanders; |
89 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia Peter Zandee 11-10-16 Oude regels houden nieuwe idealen tegen: geen zonnepanelen in wei in Rekken
- ↑ Tubantia 16-12-16 Maaiveld | Terug naar de riddertijd
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be