paardenradijs
- paar·den·ra·dijs
- samenstelling van paard en radijs met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | paardenradijs | paardenradijzen |
verkleinwoord | - | - |
- (kruid) Armoracia rusticana of Cochlearia armoracia , een plant uit de kruisbloemfamilie, met grote witte wortelstok die als kruiderij gebruikt wordt
- boerenmosterd, boerenradijs, Duitse mosterd, meredik, mieriek, mierik, mierikswortel, peperwortel, wilde mosterd, zeemosterd
1. zie: mierikswortel
- Het woord 'paardenradijs' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.