overlasttaks
- over·last·taks
- samenstelling van overlast zn en taks zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | overlasttaks | overlasttaksen |
verkleinwoord |
- (economie) belasting die betaald moet worden door veroorzakers van overlast
- ▸ Omwonenden Brussels Airport willen overlasttaks van zes euro per passagier[1]
- Het woord overlasttaks staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Omwonenden Brussels Airport willen overlasttaks van zes euro per passagier” (30/10/2017), De Standaard