overkluizen
- Geluid: overkluizen (hulp, bestand)
- over·klui·zen
- samenstellende af;eoding van over (bijwoord) en kluis (zelfstandig naamwoord "gewelf") met het achtervoegsel -en dat een (werkwoord) vormt
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
overkluizen |
overkluisde |
overkluisd |
zwak -d | volledig |
overkluizen
- overgankelijk een civieltechnisch kunstwerk plaatsen waarmee een weg een andere weg, een plein of een waterloop (kruiselings) overwelfd wordt.
- Bij het overkluizen werden bruggen, straten en gebouwen over het water gebouwd.
- Het woord overkluizen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.