oud-bondscoach
- oud-bonds·coach
- samenstelling van oud bn "voormalig" en bondscoach zn , volgens spellingregel 6.I geschreven met een koppelteken
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | oud-bondscoach | oud-bondscoaches |
verkleinwoord |
de oud-bondscoach m
- (sport) voormalig bondscoach
- Het woord oud-bondscoach staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.