• op·dui·ken
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
opduiken
dook op
opgedoken
klasse 2 volledig

opduiken

  1. ergatief weer aan het oppervlak zichtbaar worden na ondergedoken geweest te zijn
    • De pinguïn dook weer op met een visje in zijn bek. 
  2. overgankelijk door duiken iets uit de diepte naar boven halen
    • Zij doken een Griekse amfoor op tijdens hun vakantie aan de Egeïsche kust. 
  3. (figuurlijk) plotseling weer zichtbaar worden
     Ik zei er niets van, maar ik was er toch veel mee bezig, vooral als bekenden opeens helemaal uitgerust voor me opdoken en deden alsof er niks aan de hand was.[1]
     Het is niet de eerste keer dat de slak in Florida opduikt. In 1966 werd de reusachtige Afrikaanse landslak gespot in het centrum van Miami. In 1973 zijn er ruim 18.000 slakken gevonden en vernietigd, samen met duizenden eieren, en in 1975 werd de slak uitgeroeid verklaard.[2]
100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]
  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers  
  2.   Weblink bron “Delen Florida in quarantaine door megaslak met rattenlongworm” (02 jul 2022), NU.nl
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be