ontbijtkamer

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  ontbijtkamer    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ont·bijt·ka·mer

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  ontbijt zn  en  kamer zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	ontbijtkamer	ontbijtkamers
verkleinwoord	ontbijtkamertje	ontbijtkamertjes

Zelfstandig naamwoord

de ontbijtkamer v / m

1. (bouwkunde) de ruimte (in een hotel) waar de ochtendmaaltijd wordt gebruikt

   ▸ Vanuit Hotel Finch konden gasten in de serre vanachter de ontbijtkamer de linten, een eindje verderop, zien. Drie weken geleden werd vlak bij die plek een levensgevaarlijk gewonde man aangetroffen bij het pleintje voor Hotel Finch. Hij was mogelijk betrokken bij een steekpartij.

Synoniemen

• ontbijtruimte

Hyperoniemen

• eetkamer

Gangbaarheid

• Het woord ontbijtkamer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.