ongebleekt
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ongebleekt (hulp, bestand)
Woordafbreking
- on·ge·bleekt
Woordherkomst en -opbouw
stellend | |
---|---|
onverbogen | ongebleekt |
verbogen | ongebleekte |
partitief | ongebleekts |
Bijvoeglijk naamwoord
ongebleekt [1]
- niet ontkleurd
- ▸ Denk je niet dat hij deze mooi zou hebben gevonden?Interieur strak ongebleekt linnen met crème koord, las Iris hardop.[2]
- ▸ In de Verenigde Staten is het al de normaalste zaak van de wereld om je oren schoon te maken met een wattenstaafje van karton. In Nederland zijn er vergelijkbare duurzame oplossingen die makkelijker afbreekbaar zijn dan de plastic variant. Zo zijn er al staafjes gemaakt van papier en ongebleekt katoen.[3]
Synoniemen
Vertalingen
1. niet ontkleurd
Gangbaarheid
- Het woord ongebleekt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Renée van Marissing“Onze kinderen” (2021), Em. Querido's Uitgeverij , ISBN 9789021414461
- ↑ Weblink bron “EU wil wegwerpplastic verbieden: welke alternatieven zijn er?” (28-05-2018), NOS