• nieuws·sta·ti·on
enkelvoud meervoud
naamwoord nieuwsstation nieuwsstations
verkleinwoord

het nieuwsstationo

  1. radio- of televisiezender waarop nieuwsprogramma's worden uitgezonden
     Ze zocht een nieuwsstation op de radio en wachtte tot de weerberichten waren afgelopen.[1]
     De oorspronkelijke post is bijna 200.000 keer gedeeld op verschillende sociale media. Bear kwam hem tegen op het profiel van een lokaal nieuwsstation.[2]
     Volgens een woordvoerder van Zodiac Maritime, de eigenaar van het schip, in Londen, bevat geen van de overboord geslagen containers chemisch materiaal. Maar het Britse nieuwsstation BBC meldde dat één overboord geslagen container batterijzuur en parfums bevatte. Een andere bevatte kleine gasflessen voor airbags van auto’s. Berichten als zou het schip niet zeewaardig zijn, worden door Zodiac Maritime tegengesproken.[3]
  1. “De schreeuw van het lam” (1994), Luitingh-Sijthoff  , ISBN 902451990X
  2.   Weblink bron “Mysterie achter foto huwelijksaanzoek Yosemite ontrafeld” (maandag 29 oktober 2018, 10:04), NOS
  3.   Weblink bron “Containerschip dreigt te splijten voor Britse kust” (22 januari 2007), Reformatorisch Dagblad