• navn
  • Afkomstig van het Oudnoorse woord nafn
Naar frequentie 297
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   navn     navnet     navn     navna
navnene  
genitief   navns     navnets     navns     navnas
navnenes  

navn o

  1. naam
  2. handtekening, ondertekening, autogram, signatuur, poot, krabbel
  3. naam, reputatie
  • [2]: sette navnet sitt under et dokument
zijn handtekening onder een document zetten