• nacht·trein
enkelvoud meervoud
naamwoord nachttrein nachttreinen
verkleinwoord nachttreintje nachttreintjes

de nachttreinm [1]

  1. (spoorwegen) personentrein die 's nachts rijdt met soms ligrijtuigen en/of slaaprijtuigen of uitsluitend met zitaccommodatie
99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]