nablussen
- na·blus·sen
- samenstelling van na bw en blussen ww
nablussen [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
nablussen |
bluste na |
nageblust |
zwak -t | volledig |
- activiteit die door de brandweer verricht wordt na afloop van grotere branden
- Door de brand was het Heernisplein helemaal afgesloten. Omstreeks 14 uur werd de perimeter verkleind. De brandweer moest nog een hele tijd nablussen. [2]
- Rond 11.30 uur meldde de brandweer dat de brand onder controle is. Het pand is volledig verwoest. De brandweer heeft ingezet op het voorkomen dat de brand zou overslaan naar naastgelegen bedrijfspanden. Het pand van autobedrijf Dalhoeven werd natgehouden, om te voorkomen dat de brand overslaat. De brandweer is nog bezig met nablussen. [3]
1. activiteit die door de brandweer verricht wordt na afloop van grotere branden
- Het woord nablussen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "nablussen" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ de Standaard VRIJDAG 21 APRIL 2017
- ↑ Tubantia 18-08-2017
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be