• Afkomstig van het Latijnse naamwoord mons (berg).
vervoeging
onbepaalde wijs to  mount 
he/she/it  mounts 
verleden tijd  mounted 
voltooid
deelwoord
 mounted 
onvoltooid
deelwoord
 mounting 
gebiedende wijs  mount 

mount

  1. beklimmen, bestijgen, klimmen (een berg, treden e.a.)
  2. opstijgen (berg, paard)
  3. bestijgen (een merrie bij de paringsdaad)
  4. opknappen, op gang brengen, op de been brengen
  • [4]: to mount an investigation
een onderzoek op gang brengen