motorisch
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- mo·to·risch
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | motorisch | motorischer | |
verbogen | motorische | motorischere | |
partitief | motorisch | motorischers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
motorisch
- (medisch) met betrekking tot beweging
Verwante begrippen
Hyponiemen
Vertalingen
1. met betrekking tot beweging
Gangbaarheid
- Het woord motorisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "motorisch" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be