Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mo·nu·men·taal
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen monumentaal monumentaler monumentaalst
verbogen monumentale monumentalere monumentaalste
partitief monumentaals monumentalers -

Bijvoeglijk naamwoord

monumentaal

  1. zeer groot en indrukwekkend
    • Op de Dam van Amsterdam staat een monumentaal paleis. 
     De ingewikkeldste restauraties vinden in de oudere gedeeltes van het paleis plaats. "Alles is natuurlijk monumentaal. Maar de vleugels zijn begin negentiende eeuw aangebouwd. Die zijn dus twee eeuwen oud, maar het waren vooral woonvertrekken. Die waren niet gemaakt om bals in te organiseren. Die zijn soberder", zegt Verfürden.[1]
Vertalingen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Plan voor restauratie Soestdijk gepresenteerd: 'Geen gemakkelijke klus'” (3/6/2020), NOS
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be