ministeriabel
- Geluid: ministeriabel (hulp, bestand)
- IPA: / miˌnɪsteriˈjabəl / (6 lettergrepen)
- mi·nis·te·ri·a·bel
- afgeleid van ministerie "ambt van minister; kabinet" met het achtervoegsel -abel, dus: "geschikt voor het ambt van minister of geschikt om tot een kabinet toe treden", in deze betekenissen aangetroffen vanaf 1909 (zie vindplaats hieronder); afleiding van minister ligt minder voor de hand, gelet op de tweede betekenis en omdat de i-klank dan vreemd is en "ministrabel" dan de voor de hand liggende ontlening van het Frans ministrable zou zijn [1][2]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | ministeriabel | ministeriabeler | ministeriabelst |
verbogen | ministeriabele | ministeriabelere | ministeriabelste |
partitief | ministeriabels | ministeriabelers | - |
ministeriabel
- als persoon in aanmerking komend om politiek bestuurder in een regering te worden
- De bestuurder met 36 nevenfuncties zou niet weten hoe hij boven de partijen moet staan. Dat hij zich tijdens de verkiezingscampagne manifesteerde als ministeriabele D66’er zette kwaad bloed, bij werkgevers en werknemers. [3]
- ⧖ Maar de ministeriabele Katholiek Aalberse, lid van een regeeringspartij, is gevaarlijker anti-liberaal dan de niet-ministeriabele Schaper, lid van een partij die geen regeeringsverbond aangaat. [4]
- als politieke partij in aanmerking komend om met bestuurders in een regering vertegenwoordigd te zijn
- Het woord ministeriabel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ministeriabel" herkend door:
50 % | van de Nederlanders; |
34 % | van de Vlamingen.[7] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ ministeriabel op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Modderkolk, H. & J. WesterWie zit er nog op deze mensen te wachten? (1 december 2010) op website: nrc.nl; geraadpleegd 2019-12-18
- ↑ Elout, C.K."Vóór de stembus." in: De Tijdspiegel deel 2 (1909) C.G. Visser, 's-Gravenhage; p. 29 geraadpleegd 2019-12-18
- ↑ Smeets, H.De tien slechtste verkiezingsaffiches (8 juni 2010) op website: nrc.nl; geraadpleegd 2019-12-18
- ↑ Elout, C.K."Vóór de stembus." in: De Tijdspiegel deel 2 (1909) C.G. Visser, 's-Gravenhage; p. 29 geraadpleegd 2019-12-18
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be