• mie·ren·hoop
enkelvoud meervoud
naamwoord mierenhoop mierenhopen
verkleinwoord - -

demierenhoopm

  1. (dierkunde) bovengronds deel van een mierennest, in de vorm van opgestapelde grond en plantenresten
99 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.[3]