middenvakrijder
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- mid·den·vak·rij·der
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van middenvak en rijder
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | middenvakrijder | middenvakrijders |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de middenvakrijder m
- (verkeer) een bestuurder die continue of te lang in de middelste baan op een driebaans snelweg blijft rijden, terwijl die bestuurder naar rechts kan (of links in een land waar men links rijdt)
- Een middenvakrijder is strafbaar doordat het onveilig rijgedrag is, ondanks dat mensen dat niet doorhebben.
Synoniemen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord 'middenvakrijder' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.