• mer·can·ti·lis·me
enkelvoud meervoud
naamwoord mercantilisme
verkleinwoord

het mercantilismeo

  1. (economie) economische politiek die gericht is op de stimulering van de export en remming van de import
     Wat kan ik nog doen? Alle mogelijkheden van kameralisme en mercantilisme zijn uitgeput.[2]
  2. (economie) economische politiek die handel en industrie stimuleert ten koste van de landbouw
  3. handelsgeest
     'Vlaanderen ondersteunt zo het Hollandse mercantilisme, terwijl het zijn eigen logistiek positie verzwakt', aldus de Belgische transporteconoom Evrard Claessens vandaag in enkele Vlaamse media.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Gewassen vlees”   (2014), Em. Querido's Uitgeverij  , ISBN 9789021436173
  3.   Weblink bron “Belgische havens niet blij met Nederlandse samenwerking” (09-07-2011), Tubantia