mengeling
- men·ge·ling
- Naamwoord van handeling van mengelen met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | mengeling | mengelingen |
verkleinwoord |
de mengeling v
- melange, mengelmoes, mengsel waarvan de verschillende componenten nog herkenbaar zijn
- De bevolking van Amsterdam is een mengeling van vele nationaliteiten.
- ▸ Het was een mengeling van heimwee en schuldgevoel en veroorzaakte een onaangename knoop in mijn buik.[1]
- Het woord mengeling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "mengeling" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be