memoriaal
- me·mo·ri·aal
- afleiding van memoriseren met het achtervoegsel -aal[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | memoriaal | memorialen |
verkleinwoord | memoriaaltje | memoriaaltjes |
het memoriaal o
- herdenkingsmonument
- Zij wil hem uit de partij zetten omdat hij onder meer het Holocaust-memoriaal in Berlijn een ‘monument van schaamte’ noemt. [2]
- aantekenboek met opsomming van feitelijke gebeurtenissen
- Met Keersmaekers onthulling werd een biografie van Bredero een onmogelijke opgaaf. Garmt Stuiveling had beloofd dat hij een levensschets zou schrijven, maar beperkte zich in 1970 tot een Memoriaal, waarin wat feitelijk bekend was over Bredero en zijn werken op rij werd gezet. [3]
- koopmansboek
- [2] aantekenschrift, dagboek, journaal
2. aantekenboek met opsomming van feitelijke gebeurtenissen
- Het woord memoriaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "memoriaal" herkend door:
84 % | van de Nederlanders; |
87 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia Hans van Zon 22-04-17 Duitse AfD houdt vast aan radicale koers na chaotisch partijcongres
- ↑ NRC Arie van den Berg 23 augustus 2018 Pleegde Bredero zelfmoord vanwege een gebroken hart?
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be