aantekenschrift
  • aan·te·ken·schrift
enkelvoud meervoud
naamwoord aantekenschrift aantekenschriften
verkleinwoord aantekenschriftje aantekenschriftjes

het aantekenschrifto

  1. notitieboekje waarin men aantekeningen kan maken
     Lara scheurde een blaadje uit haar aantekenschrift en schreef aan Nadja Kologrivova naast haar in de schoolbank: `Nadja, ik moet mijn leven apart van mijn moeder organiseren.[2]