Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mee·lok·ken
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
meelokken
lokte mee
meegelokt
zwak -t volledig

Werkwoord

meelokken

  1. overgankelijk overhalen, verleiden, verlokken om mee te gaan

Gangbaarheid

96 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be