maniërisme
- Geluid: maniërisme (hulp, bestand)
- ma·ni·e·ris·me
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘gekunsteldheid’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1888 [1]
- afgeleid van manier met het achtervoegsel -isme [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | maniërisme | - |
verkleinwoord | - | - |
- (kunst), (geschiedenis) stijlperiode in de Europese kunstgeschiedenis in vooral de tweede helft van de 16e eeuw, met als belangrijke voorbeelden Michelangelo en Rafaël in de schilderkunst en Petrarca en Dante in de dichtkunst
- ▸ Het maniërisme kwam tot stand in de latere jaren van de Italiaanse Hoogrenaissance rond 1520, tot ongeveer 1580 in Italië. Later werd het vervangen door de barok.[4]
- (kunst) gekunsteldheid (in een bep. kunststijl)
1.
- Het woord maniërisme staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "maniërisme" herkend door:
51 % | van de Nederlanders; |
66 % | van de Vlamingen.[5] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "maniërisme" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ maniërisme op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Sixtijnse Kapel”, RouteYou
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be