Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • luis·ter·toets
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord luistertoets luistertoetsen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de luistertoetsm

  1. (onderwijs) een toets waarbij men test hoe goed men de gesproken taal kan verstaan en begrijpen
    • Weg met het klassieke dictee en de luistertoets. De Taalunie wil komaf maken met die ‘20ste-eeuwse’ manier van lesgeven in het vak Nederlands.[1] 
    • Bij de uitslagen van de leerlingen van Zuid is een 'afwijking' gesignaleerd, zei een woordvoerster van het Stedelijk Lyceum vrijdagochtend. Die wijst erop dat een aantal leerlingen voorkennis over het audiodeel van de toets had. Die leerlingen moeten de toets 9 maart opnieuw afleggen. Op het Kottenpark is geen afwijkend beeld in de uitslagen geconstateerd. Cito stuurde aangesloten scholen onlangs een brief over de voortijdig verspreide luistertoets en was 'zeer verontrust' over het lekken van geheime opgaven.[2]  

Meer informatie

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. De Standaard 26 JANUARI 2017
  2. Tubantia Roel Lutkenhaus 24-02-2012