Ludiek waarschuwingsbord voor winkeldieven bij supermarkt
"De Kijkgrijp" (1985)
  • lu·diek
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen ludiek ludieker ludiekst
verbogen ludieke ludiekere ludiekste
partitief ludieks ludiekers -
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘speels’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1938 [1]

ludiek

  1. bijzonder en leuk, apart op een leuke manier
     Het was een ludieke manier om de lange kilometers van de dag te verzachten.[2]
    • Ludiek verzet tegen de oorlog in Oekraïne is voor de Russische autoriteiten niet om te lachen. Rechtszaken tegen actievoerders zitten vol absurdisme, is te zien in een documentaire over de zaak tegen tekenaar Sasja Skotsjilenko. [3] 
  • een ludieke actie
een actie die leuk is, maar nog niet eerder gezien
  • een ludiek protest
het op een leuke, grappige manier kenbaar maken dat men het ergens niet mee eens is
95 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[4]