literatuurgeschiedenis

  • li·te·ra·tuur·ge·schie·de·nis
enkelvoud meervoud
naamwoord literatuurgeschiedenis literatuurgeschiedenissen
verkleinwoord literatuurgeschiedenisje literatuurgeschiedenisjes

de literatuurgeschiedenisv

  1. (kunst) (geschiedenis) de geschiedenis van de letteren
     De Britse kroonprins Charles is gisteren even in de huid gekropen van misschien wel de beroemdste prins uit de literatuurgeschiedenis, Hamlet. Ter ere van de 400ste sterfdag van William Shakespeare deed Charles mee aan een voorstelling vol gerenommeerde acteurs.[2]
     Een van haar derdejaars studenten, Denise Breevaart, heeft vooral met de term 'de grote drie' moeite. "Mensen pakken hun boeken omdat ze dan denken het hoogtepunt te hebben gehad. Maar zij krijgen zo, los van de literaire kwaliteiten, een heel beperkte uitsnede van de Nederlandse literatuurgeschiedenis. Want het zijn schrijvers uit dezelfde periode, drie mannen, en ook nog eens drie mannen die in hun literatuur geen tot weinig vrouwelijke personages hebben met enig handelingsvermogen."[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Prins Charles waagt zich aan prins Hamlet” (24-04-2016), NOS
  3.   Weblink bron
    Ronja Hijmans
    “Dreigt er vergetelheid voor 'de grote drie van de literatuur'?” (18-10-2020), NOS