lichaamloos
- Geluid: lichaamloos (hulp, bestand)
- li·chaam·loos
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | lichaamloos | lichaamlozer | lichaamloost |
verbogen | lichaamloze | lichaamlozere | lichaamlooste |
partitief | lichaamloos | lichaamlozers | - |
lichaamloos
- zonder lichaam
- We zagen een lichaamloze vorm op ons afkomen en dachten dan het een spook was.
- Het woord lichaamloos staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.