Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: Letten
  • let·ten
  • In de betekenis van ‘verhinderen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1236 [1]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
letten
lette
gelet
zwak -t volledig

letten

  1. ~ op: aandacht aan geven
    • Waarop moet je letten als je een lening wilt afsluiten? 
     Een complete tegenpool van deze ultra-lighter was Banjo die juist helemaal niet op gewicht lette.[2]
  2. beletten, tegenhouden
    • Wat let je? 
  • letten op
vervoeging van
letten

letten

  1. meervoud verleden tijd van letten
    • Wij letten. 
    • Jullie letten. 
    • Zij letten. 
95 % van de Nederlanders;
92 % van de Vlamingen.[3]


  • let·ten

letten, g

  1. bepaalde vorm nominatief enkelvoud van lette


  • let·ten
Naar frequentie > 50000

letten, m

  1. bepaalde vorm nominatief enkelvoud van lette


  • let·ten

letten

  1. verouderde spelling of vorm van leten tot 2012
(verouderd) bepaalde vorm nominatief enkelvoud van lett, v

letten, m

  1. bepaalde vorm nominatief enkelvoud van lette