legerschare
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: legerschare (hulp, bestand)
- IPA: /ˈleɣərˌsχarə/
Woordafbreking
- le·ger·scha·re
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van leger "strijdmacht op het land" en schare "afdeling, groep"
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | legerschare | legerscharen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (verouderd) strijdmacht, leger of onderdeel daarvan dat zelfstandig de strijd aan kan gaan