ledenpop
- le·den·pop
- In de betekenis van ‘pop met beweegbare leden’ voor het eerst aangetroffen in 1864 [1]
- Samenstelling van lid (leden is mv. van lid, ledemaat) en pop met het invoegsel -en- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ledenpop | ledenpoppen |
verkleinwoord | ledenpoppetje | ledenpoppetjes |
- pop met beweegbare leden, gebruikt om mensen na te bootsen, bv. bij botsproeven in auto's etc.
- iemand die zich willoos laat leiden
- Het woord ledenpop staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ledenpop" herkend door:
69 % | van de Nederlanders; |
65 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "ledenpop" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ ledenpop op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be