Nederlands

 
[1] lecithine
Uitspraak
Woordafbreking
  • le·ci·thi·ne
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Grieks [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord lecithine lecithinen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de lecithinev

  1. (scheikunde) fosfatidylcholine, een fosfolipide die de hoofdmoot uitmaakt van een fosfatidefractie die uit eidooier
  2. (voeding) een mengsel van glycolipiden, triglyceriden, en fosfolipiden
     Om maar te beginnen met een paar antwoorden: van een detoxkuur voelen mensen zich waarschijnlijk vooral goed omdat ze een tijdje stoppen met slechte gewoonten, het is niet zeker of je van de lecithine of choline in eieren echt een beter geheugen krijgt en naar die chiazaadjes is te weinig deugdelijk onderzoek gedaan om uitsluitsel te kunnen geven of ze echt zo goed zijn voor je gezondheid.[2]
     Er is geen significant verschil in termen van voedingswaarden tussen een zacht- en hardgekookt ei. Ook lecithine neemt niet af als je je eitje langer kookt. Je kunt dus kiezen welke je zelf het liefst eet.[3]
Vertalingen

Gangbaarheid

68 % van de Nederlanders;
67 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. lecithine op website: Etymologiebank.nl
  2.   Weblink bron
    Ellen den Hollander
    “Deze voedselmythes moeten de wereld uit” (03-04-2018), Tubantia
  3.   Weblink bron “Hardgekookt of juist zacht ei: hier zie je wat het gezondst is” (14-04-2019,), Tubantia
  4.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be