landbouwproduct
- Geluid: landbouwproduct (hulp, bestand)
- IPA: / ˈlɑndbɑuproˌdʏkt / (4 lettergrepen)
- land·bouw·pro·duct
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | landbouwproduct | landbouwproducten |
verkleinwoord | - | - |
het landbouwproduct o
- (landbouw) voortbrengsel van het boerenbedrijf
- ▸ Wat Remkes betreft wordt strenger getoetst of een terrein geschikt is als landbouwgrond. Daarbij kan de nabijheid van natuurgebied een rol spelen, maar ook de vraag welk landbouwproduct in combinatie met welke grondsoort het minst vervuilend uitpakt.[2]
- ▸ Het kleine Nederland is na de VS de grootste exporteur van landbouwproducten ter wereld.[3]
- Het woord landbouwproduct staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Stéphane Alonso“Zo moet de stikstofuitstoot met de helft omlaag” (8 juni 2020) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron Haroon Sheikh“Nederland kan de wereld redden” (24 juli 2017) op nrc.nl