Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kurk·droog
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen kurkdroog
verbogen kurkdroge
partitief kurkdroogs

Bijvoeglijk naamwoord

kurkdroog

  1. heel erg droog
    • Na de lange tocht door de woestijn had hij een kurkdroge mond. 
     Het was al jaren kurkdroog geweest in Californië, dus ik kon mijn ogen niet geloven toen het opeens uit het niets begon te regenen.[1]

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers  
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be