koorleidster
- Geluid: koorleidster (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkorlɛitstər / (3 lettergrepen)
- koor·leid·ster
- van koorleider zn met het achtervoegsel -er of samenstelling van koor zn en leidster zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | koorleidster | koorleidsters |
verkleinwoord | - | - |
de koorleidster v
- (muziek) vrouwelijke dirigent van een groep mensen die samen zingen
- ▸ Mavis herkende ik direct aan haar rijzige gestalte en welluidende alt. Ze had naam gemaakt als koorleidster en we kenden elkaar al jaren, ik had de week ervoor nog een concert van haar gezelschap bijgewoond.[1]
- (toneel) voornaamste woordvoerster binnen de groep spelers die in een klassiek drama vooral commentaar uitspreken op de gebeurtenissen in het stuk
- ▸ Het koor verhaalt weer opnieuw de wonderbaarlijke geboorte van de god en waarschuwt wederom voor Pentheus' hybris. Na dit koor is Dionysus al weer vrij en tesamen met de koorleidster en de Bacchanten.[2]
- [1] dirigente
- vrouwelijke vorm van koorleider
- Het woord koorleidster staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Winston LeeflangDe Hongaarsen in: Maatstaf., jrg. 39 nr. 7 (juli 1991), Arbeiderspers, Amsterdam, p. 24
- ↑ Weblink bron J.D.P. Warners & L.Ph. Rank“Bacchus. Zijn leven verteld en verklaard door dichters, mythografen en geleerden. Deel 1.” (1968), Athenaeum - Polak & Van Gennep, Amsterdam, p. 6