Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kof·fie·wa·gen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord koffiewagen koffiewagens
verkleinwoord koffiewagentje koffiewagentjes

Zelfstandig naamwoord

de koffiewagenm

  1. wagen waarmee men koffie kan rondbrengen
     De verdwijning van een nostalgische koffiekar kon vorige week snel opgehelderd worden dankzij moderne techniek. Een Duitse ondernemer ontdekte woensdag dat zijn ‘coffee-bike’ was verdwenen. De tot een ouderwetse koffiewagen omgebouwde bakfiets stond bovenop een auto-aanhanger geparkeerd op een bedrijfsterrein. Dankzij een ingebouwde gps-tracker kon de eigenaar zijn fiets via een appje in de gaten houden.[1]
     John Pigge staat met een mobiele koffiewagen op de zaterdagmarkt in Nijverdal. Hij wil graag met een tweede wagen bij het NS-station in Nijverdal gaan staan.[2]
Vertalingen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Gestolen ‘koffiefiets’ gevonden in Enschede dankzij gps-tracker” (12-06-2019), Tubantia
  2.   Weblink bron
    Han Haveman
    “Mobiele koffiewagen bij NS-station in Nijverdal?” (25-06-2019), Tubantia