klip
- klip
- In de betekenis van ‘rots’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1450 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | klip | klippen |
verkleinwoord | klipje | klipjes |
- (aardrijkskunde), (scheepvaart) een althans tijdelijk uit zee oprijzende rots
- Hij liet het schip gelukkig niet op de klippen lopen.
- een blinde klip
een rots die net onder de waterspiegel blijft en daardoor onzichtbaar en des te gevaarlijker is
- klip en klaar
heel erg duidelijk
- ∗ Bornerbroeker Jan Bartels toont het document met brisante inhoud. Voor hem is het nu zo klaar als een klontje. „Het móest de gekozen variant worden. Nu het hier zwart-op-wit staat, is het klip en klaar. Alles was voorgekookt. Het is van de zotte”, foetert de voorzitter van Dorpsbelangen Bornerbroek.[2]
- Het woord klip staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "klip" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "klip" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Weblink bron Henk Bouwhuis“Explosief document sterkt vermoedens Bornerbroek: ‘Zie je wel, de rondweg om Zenderen is doorgestoken kaart’” (29-06-2022), Tubantia
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | klip | klippe |
klip