Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • klink·hoef
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord klinkhoef klinkhoeven
verkleinwoord klinkhoefje klinkhoefjes

Zelfstandig naamwoord

de klinkhoefm

  1. (dichterlijk) een paard, met name een dier met klinkende hoeven
Vertalingen

Gangbaarheid