kleine voorjaarsspanner
- (IPA in voorbereiding)
- klei·ne voor·jaars·span·ner
- verbinding van kleine en voorjaarsspanner
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kleine voorjaarsspanner | kleine voorjaarsspanners |
verkleinwoord | klein voorjaarsspannertje | kleine voorjaarsspannertjes |
de kleine voorjaarsspanner m
- (vlinders) Agriopis leucophaearia een nachtvlinder uit de familie Geometridae, de spanners. De mannetjes hebben een spanwijdte van 23 tot 28 millimeter. De vleugels zijn vaak van twee gekromde donkere lijnen voorzien maar zeer variabel van kleur. Vrouwtjes hebben slechts stompje als vleugel en kunnen dus niet vliegen, ze wachten op een boomstam op een mannetje om mee te paren. Er is dus sprake van seksueel dimorfisme
- Het woord 'kleine voorjaarsspanner' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.